Uit cijfers van Vlaams Parlementslid Sofie Mertens (cd&v) blijkt dat er in 2022 meer dan 300.000 wagens zich minder dan één maand te laat aanboden bij de keuring. Het probleem wordt almaar groter. Zo werd in 2022 een stijging van maar liefst 63 procent ten opzichte van 2019 vastgesteld.
In 2022 werden in totaal 2.115.970 personenwagens werden gekeurd. Hiervan werden 477.820 personenwagens te laat aangeboden bij de keuring. 317.635 wagens boden zich binnen één maand na het verval van het keuringsbewijs aan bij de keuring (66,48 procent), 94.353 wagens tussen één en drie maanden (19,75 procent), 31.585 wagens tussen drie en zes maanden (6,61 procent) en 34.258 wagens na meer dan 6 maanden (7,17 procent). Dit komt neer op een bedrag van maar liefst 6 miljoen euro. Het merendeel van de personenwagens die zich laattijdig aanbieden bij de keuring, doen dit dus binnen één maand na het verval van het keuringsbewijs.
Wanneer mensen hun uitnodiging ontvangen om naar de keuring te gaan, kunnen ze soms geen afspraak meer maken alvorens hun keuringsbewijs vervalt. “Dit is niet rechtvaardig. Het kan niet zijn dat we mensen een boete opleggen voor laattijdige keuring, wanneer ze niet in staat zijn om een afspraak in te boeken alvorens hun keuringsbewijs vervalt. Ook het vrijwillig aanbieden bij de keuring is niet voor iedereen mogelijk gelet op de beperkte openingsuren en lange wachttijden”, stelt Sofie Mertens.
De toeslag voor een laattijdige aanbieding is 9,70 euro in de eerste maand, 13,90 euro tijdens de tweede en derde maand, 20,80 euro tijdens de vierde, vijfde en zesde maand en 34,70 euro na de zesde maand.
Lees hier het bericht op VRT nws.